Borstvoeding & afkolven

Je wil je kindje de best mogelijke start in het leven geven. Dat doe je met de keuze voor borstvoeding. Zo help je je kind ontwikkelen en bescherm je jezelf en je kind tegen allerlei aandoeningen. De beste voorbereiding is je goed informeren. De eerste weken zijn nog wat zoeken, maar steun van je partner en je omgeving helpt!

• Informeer je tijdens de zwangerschap over borstvoeding. Vraag raad aan je apotheker, vroedvrouw of volg een infoavond. Ook kind en gezin heeft een brochure over borstvoeding: klik hier

• Neem tijd om je kind te leren kennen en leer inspelen op signalen van honger en ongemak.
• Vlak na de geboorte, als je baby goed alert en wakker is, is het beste tijdstip om hem een eerste keer aan te leggen. Zo zal de melkproductie goed op gang komen en is een goede start verzekerd.
• Neem zelf als mama voldoende rust.
• De vorm en de grootte van je borsten hebben geen belang in het lukken van borstvoeding.
• Gewone dagelijkse verzorging van je borsten volstaat. Overmatig zeepgebruik kan je tepelhuid uitdrogen, waardoor ze kwetsbaarder worden.
• Draag een beha die niet knelt. 
• Met borstkompressen kan je eventuele lekken opvangen. 

• Als je baby te vroeg geboren is en zelf niet aan de borst kan drinken, kolf je af om de melkproductie op gang te brengen. Om een goede melkproductie te krijgen en in stand te houden kolf je gemiddeld om de 3 uur, ook 's nachts.
• Als je kindje start in de kinderopvang, kolf je als het niet bij jou is. Daarnaast kan je voor en na de opvang en op vrije dagen blijven borstvoeding geven. Door te kolven en daarnaast je baby regelmatig aan te leggen, blijft je melkproductie op peil.
• Heb je maar af en toe een fles moedermelke nodig, dan kolf je een paar keer kleine hoeveelheden af. Die kleine porties kan je samenvoegen tot één voeding. Je kan een half uur tot een uur na een borstvoeding een beetje afkolven. Of, als je je baby 's ochtends maar aan één borst drinkt, kan je kolven aan de andere kant. Pas afgekolfde moedermelk kan je bij reeds eerder gekoelde of ingevroren melk voegen, als je ze eerst een uur apart laat afkoelen achteraan in de koelkast.
• Ook om je baby te leren drinken uit een fles, kan je kleine porties afkolven. Het beste moment om hiermee te starten is wanneer de melkproductie goed op gang is en de borstvoeding goed verloopt. Meestal is dat rond 4 weken na de geboorte.

• Het vitamine D-gehalte in moedermelk is van nature relatief laag en de mama kan dit door haar voeding niet beïnvloeden. Vitamine D bevordert de groei en ontwikkeling van het beendergestel.
• De aanbeveling is om alle kinderen tot en met de leeftijd van 6 jaar dagelijks 400 IE (internationale eenheden) viamine D te geven het hele jaar door. Dit onafhankelijk van de soort melkvoeding of als de borstvoedende mama een extra vitamine D supplement neemt.
• Extra toediening van vitamine D binnen bepaalde grenzen is veilig, terwijl een tekort aan vitamine  D erg moeilijk op te sporen is en ernstige gevolgen kan hebben (bv. rachitis, een botaandoening).

• Je kind kan wel vitamine D aanmaken onder invloed van de zon, maar extra bescherming tegen UV-stralen is essentieel. Je apotheker kan je een geschikte zonneproduct adviseren.

• Vitamine K is essentieel voor de bloedstolling. Een tekort aan vitamine K kan leiden tot gevaarlijke bloedingen. De mama kan het gehalte aan vitamine K niet beïnvloeden door haar voeding. Deze vitamine is slechts in lage hoeveelheden aanwezig in moedermelk.
• In sommige ziekenhuizen wordt bij de geboorte een eenmalige intramusculaire toediening van vitamine K gegeven. Deze baby's hebben nadien geen extra vitamine K meer nodig.
• Ontving je baby bij de geboorte vitamine K oraal en krijgt hij borstvoeding, dan is de aanbeveling om 2 mg vitamine K per week toe te dienen tot de leeftijd van 3 maanden. 
• Het medisch voorschrift en de nodige richtlijnen worden op de kraamafdeling gegeven.
• Combineer je borstvoeding met kunstvoeding en geef je minstens 1 volledige pap kunstvoeding bij per dag, dan hoef je geen extra vitamine K meer te geven aan je baby.

Vanaf de 6de maand is de ijzervoorraad via de mama opgebruikt en heeft een baby naast moedermelk ook groentepap nodig om de ijzervoorraad op peil te houden.